“Onze leerlingen zijn vanwege gedrags- of ontwikkelingsproblemen vastgelopen in het reguliere onderwijs. Hier krijgen ze vmbo-onderwijs met extra hulp en begeleiding. Samen met de docent ben ik de hele dag in de klas aanwezig. De docent is er voor het onderwijskundige aspect en ik probeer ervoor te zorgen dat een leerling in de klas kan blijven; dus niet wegloopt of eruit gestuurd wordt. Lopen ze vast, dan help ik ze weer op weg.” 

Indruk
“Als ik ‘s ochtends binnenkom zeg ik eerst alle leerlingen gedag: ‘fijn dat je er bent’ of ‘hé, ik heb je gisteren gemist’. Door even een gesprekje aan te gaan, krijg ik al snel een indruk hoe het met ze gaat. Merk ik dat er iets is, dan neem ik soms een leerling mee naar de gang: ‘gaat het goed met je? ‘Kan ik iets voor je doen?’ Of ik vraag het in de klas aan hun tafeltje, want niet iedere leerling vindt het fijn om apart genomen te worden. Gaat het niet goed, dan vraag ik wat ik voor ze kan doen om het beter te maken.”

Complimentensysteem
“De meeste leerlingen horen al jaren dat ze druk en lastig zijn en niet luisteren. Als de hele wereld tegen je is, waarom zou je dan nog je best doen? Daarom werken we hier op school met een complimentensysteem, Positive Behaviour Support, waarbij we leerlingen juist op een positieve manier benaderen. We benadrukken dat we heel blij met ze zijn en benoemen wat ze wel goed doen. Door ze veiligheid en structuur te geven, voelen ze zich gehoord. Die aanpak werkt.” 

Reflecteren
“Complimenten worden tijdens de les verzameld op het bord. Al na 10 complimenten, mogen ze wat lekkers halen in de kantine. Laten ze onwenselijk gedrag zien? Dan volgen er drie stappen, waarbij leerlingen moeten reflecteren op hun eigen gedrag. Bij elke stap ben ik er om ze te ondersteunen en krijgen ze een nieuwe kans om hun gedrag te aan te passen. Door met elkaar te reflecteren, kom je vaak snel tot de kern. In veel gevallen willen ze gewoon spuien; hebben ze die ochtend ruzie met hun moeder gehad waardoor ze net wat minder in hun vel zitten. Soms heb ik het gedaan: ‘juf, je maakt mijn hoofd moe’. Dan neem ik even afstand.”

Ontwikkeling
“Doordat we steeds blijven spiegelen met leerlingen en ze leren onvolkomenheden te herkennen en te verbeteren, zien we positieve effecten. Laatst had iemand een appel tegen de muur gegooid. Niemand wist wie natuurlijk. Toen zei ik tegen klas: ‘nu moet ik dat gaan opruimen’.  Ze zijn vervolgens met elkaar in conclaaf gegaan en toen kwamen ze met z’n drieën naar me toe: ‘mevrouw, we zeggen niet wie het heeft gedaan, want we willen niet snitchen, maar we hebben het opgeruimd, want we vinden het niet eerlijk als u dat moet opruimen’. Dat is toch geweldig?”

Bandje krijgen
“Ja, werken met gedragsmoeilijke leerlingen vind ik de mooiste baan die er is. Het is misschien niet altijd makkelijk en het vraagt om wat geduld, maar als het eenmaal lukt om met deze leerlingen een band op te bouwen, dan loop ik op wolkjes. Vooral als je merkt dat een leerling helemaal vast zit, maar het toch voor elkaar krijgt een toets te maken of les te volgen, dan zijn dat kleine overwinningen die ik groots vier. Die progressie maakt me heel blij.”